Terug naar zoekresultaten

2.21.329 Inventaris van het archief van E.M. Ramaer Sibinga Mulder (1901-1986) over de jaren 1942-1953

Voer een zoekterm in
VorigeVolgende

Archief

Titel

2.21.329
Inventaris van het archief van E.M. Ramaer Sibinga Mulder (1901-1986) over de jaren 1942-1953

Auteur

J.A.A. Bervoets

Copyright

Nationaal Archief, Den Haag
2007 cc0

Beschrijving van het archief

Naam archiefblok

Collectie Ramaer
Ramaer

Periodisering

oudste stuk - jongste stuk: 1942-1953

Archiefbloknummer

C8

Omvang

; 56 inventarisnummer(s) 0,50 meter

Taal van het archiefmateriaal

Het merendeel der stukken is in het Nederlands

Soort archiefmateriaal

Normale geschreven, getypte en gedrukte documenten, geen bijzondere handschriften.

Archiefdienst

Nationaal Archief

Locatie

Den Haag

Archiefvormers

E.M. Ramaer Sibinga Mulder

Samenvatting van de inhoud van het archief

Het archief bevat de door mevr. E.M. Ramaer bewaarde stukken betreffende haar activiteiten tijdens de Japanse bezetting. Zij betreffen de organisatie van de voedselvoorzienig en steun aan arme Nederlanders en Indische Nederlanders. Na de oorlog werd mevr. Ramaer voorzitter van de afdeling Indonesië van het Nederlandse Rode Kruis. Ook hiervan heeft zij relevante archiefstukken, publicaties en fotoalbums over de organisatie en de werkzaamheden bewaard.

Archiefvorming

Geschiedenis van de archiefvormer
Elisabeth Maria Sibinga Mulder werd op 28 december 1901 in Batavia geboren. Op 19 oktober 1920 huwde zij Joseph Ramaer, toen commies-griffier ter Algemene Secretarie in Batavia, maar uiteindelijk voorzitter van de Algemene Rekenkamer van Nederlandsch-Indië. Zij kreeg een belangrijke rol toebedeeld tijdens de Japanse bezetting als hoofd van de voedselverdeling van het Gemeentelijk Europees Steuncomité. Dit comité, bedoeld ter ondersteuning van armlastige Europeanen (blanke Nederlanders), werd in juni 1943 ingesteld door de bezetter, die echter aan de organisatie steeds minder vrijheid liet. De volbloed blanke Europeanen werden namelijk door de bezetter naar "beschermde wijken" overgebracht, waarin zij tot aan de bevrijding een geïsoleerd kampleven zouden meemaken, zo zij niet naar andere kampen, Birma of Japan zouden worden weggevoerd. Vanaf mei 1943 zorgde het comité, nu omgedoopt tot Penolang Orang Belanda-Indo Miskin (POBIM), slechts voor 'Indische Nederlanders' van gemengd bloed; die in het "niet beschermde" deel van Batavia hun weg moesten zoeken. In December werd de organisatie een dienst van het Japanse "Kantoor voor personen van gemengd bloed" (KOP, Kantor Oran Perangkan) onder de benaming "Steun aan personen van gemengd bloed" (POP, Pertoeloengan Oran Perankan). Vanaf dat moment heeft mevrouw Ramaer blijkens haar archief een eigen steunadministratie bijgehouden, mogelijk van uit het oude GESC overgebleven gelden.
Nagenoeg alle elkaar opvolgende Europese directeuren van de boven beschreven hulporganisaties werden gedurende de verdergaande integratie van het comité onder Japans gezag door de Kempetai verhoord en gearresteerd. De organisaties kregen steeds minder middelen om daarmee de (slaven-)arbeid van niet-Europeanen onder Japans gezag (romusja) aantrekkelijker te maken. Het kantoor verdween volledig, toen in december 1944 een comité "voor mensen met gemengd bloed" Konketsoe Djoemilinkai werd opgericht dat voorzieningen trof voor onder Japanse dwang op te zetten landbouwkolonies. Op 28 december 1944 werd mevrouw Ramaer zelf gearresteerd en in allerlei inrichtingen gevangen gehouden tot 13 augustus 1945, drie dagen voor de Japanse capitulatie. .
Na de capitulatie van Japan zette mevrouw Ramaer onder Engelse bezetting haar werkzaamheden bij de voedseldistributie voort als voorzitter van het Rode Kruis te Batavia. In december van dat jaar werd zij lid van het Centraal Comité van het Nederlandsch-Indische Rode Kruis, waarvan zij op 2 november 1946 door Lt. Gouverneur-generaal Van Mook tot voorzitter werd benoemd. In overeenstemming met de overeenkomsten van Linggadjati werd de vereniging per ingang van 1 januari 1947 omgedoopt tot het Nederlandse Rode Kruis, afdeling Indonesië. De organisatie zette zich in voor de opvang en verpleging van slachtoffers van de Japanse bezetting, in het bijzonder de Indische Nederlanders en de Indonesiërs, wier bestaan buiten de kampen was ontwricht door de romusja en de toenemende hongersnood. In samenwerking met A. Zimmerman, die haar als voorzitter van de afdeling Batavia had opgevolgd, zette zij de heringerichte ziekenhuizen en voormalige kampinrichtingen voor de opvang in. Er werd ook een begin gemaakt met de organisatie van het Rode Kruis in de districten, van belang omdat men zich wilde aanpassen aan de door de conferentie van Denpasar voorgestelde federale structuur van Indonesië. .
In 1949 moest het tot een taakafbakening komen met de (Nederlands-)Indonesische regering onder de Hoge Vertegenwoordiger van de Kroon, die zelf het maatschappelijk werk van het Rode Kruis wilde overnemen. Ook wist zij tot afspraken komen met het Rode Kruis van de Republiek, die na de soevereiniteitsoverdracht het Rode Kruis zou overnemen. Door de ernstige ziekte van haar man werd zij genoodzaakt in augustus 1949 afscheid te nemen als voorzitter en naar Nederland te repatriëren, waar zij op afstand de opheffing en liquidatie van de Indonesische afdeling van het Rode Kruis meemaakte.
Nadat haar man in 1950 in Den Haag was overleden, overleed zij daar zelf op 22 december1986.
Literatuur:
Leo van Bergen, Een menslievende en nationale taak, oorlog, kolonialisme en het Rode Kruis in Nederlands Indië, 1870-1950. Soesterberg 2004.
Geschiedenis van het archiefbeheer
In 2004 gaf de zoon van mevr. E.M. Ramaer-Sibinga Mulder, J.C. Ramer te Hoeilaart (België) het archief in bewaring aan het Nationaal Archief.
De verwerving van het archief
Het archief is voor langere tijd in beheer, niet in eigendom verkregen.

Inhoud en structuur van het archief

Inhoud
Het archief van mevr. E.M. Ramaer-Sibinga Mulder geeft een unieke kijk op het leven van Europese en Indisch-Nederlandse inwoners van Batavia buiten de kampen. Het belang van het archief is des te groter omdat na de capitulatie de administratieve bescheiden van de GESC en de POBIM door de Japanse "rechtsopvolgers" zijn vernietigd. De in deze inventaris beschreven gegevens worden aangevuld door mevr. Ramaers oorlogsdagboek, waarin van dag tot dag melding wordt gemaakt van maatregelen van de Japanse bezetter en de gevolgen voor de bevolking in Batavia.
Het archief betreffende haar werkzaamheden voor het Rode Kruis bevat veel informele correspondentie en een paar albums met zelfgemaakte foto's van door haar ondersteunde slachtoffers van de Japanse bezetting. Het belang van haar archief bleek toen zij vlak voor haar overlijden werd benaderd door W. Rinzema-Admiraal, die verschillende studies maakte over de Japanse bezetting van Nederlandsch-Indië en de slachtoffers van de kampen en romusja. Mevrouw Rinzema heeft het archief zelf tijdelijk in handen gehad.
Selectie en vernietiging
Uit dit archief werd niets vernietigd.
Verantwoording van de bewerking
De zoon van mevr. E.M. Ramaer-Sibinga Mulder, J.C. Ramer te Hoeilaart (België) liet bij overbrenging het archief in de staat waarin hij het aantrof en voorzag het van een beschrijvende "stukkenlijst". Deze lijst moest worden gewijzigd toen verschillende dossiers en series nader werden geordend om de oorspronkelijke structuur inzichtelijk te maken.

Aanwijzingen voor de gebruiker

Openbaarheidsbeperkingen
Volledig openbaar.
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van slechte materiële staat.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
  1. Creëer een account of log in.
  2. Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
  3. Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Collectie Ramaer, nummer toegang 2.21.329, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, Ramaer, 2.21.329, inv.nr. ...

Verwant materiaal

Beschikbaarheid van kopieën
Inventarisnummers van dit archief zijn niet in kopievorm beschikbaar
Verwante archieven
Archief van het Nederlandse Rode Kruis, "archief Indië" in het hoofdkantoor van het Nederlandse Rode Kruis.
Het archief van het Nederlandse Rode Kruis, afdeling Indonesië, is blijkens inlichtingen van mevrouw E.M. Ramaer-Sibinga Mulder na 1949 in het ongerede geraakt.
Afschriften van nummers 1-3 bevinden zich in het archief van het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie in Amsterdam.

Archiefbestanddelen