Terug naar zoekresultaten

2.06.128 Inventaris van het archief van het Crisis Invoer Bureau en het Crisis Uitvoer Bureau, 1931-1941 (1946)

Het archief bevat dossiers over de uitvoering van beperkingen van de invoer van buitenlandse producten door een vergunningenstelsel via contingentering, over de distributie van in te voeren textiel en over de regeling van de afgifte van certificaten van oorsprong.
Voer een zoekterm in
VorigeVolgende

Archief

Titel

2.06.128
Inventaris van het archief van het Crisis Invoer Bureau en het Crisis Uitvoer Bureau, 1931-1941 (1946)

Auteur

J.A.A. Bervoets

Copyright

Nationaal Archief, Den Haag
(c) 2014 cc0

Beschrijving van het archief

Naam archiefblok

Crisis Invoer / Uitvoer Bureau
Crisis Invoer / Uitvoer Bureau

Periodisering

archiefvorming: 1931-1941
oudste stuk - jongste stuk: 1931-1946

Archiefbloknummer

E20231

Omvang

; 56 inventarisnummer(s) 0,50 meter

Taal van het archiefmateriaal

Het merendeel der stukken is in het
Nederlands

Soort archiefmateriaal

Normale geschreven, getypte en gedrukte documenten, geen bijzondere handschriften.

Archiefdienst

Nationaal Archief

Locatie

Den Haag

Archiefvormers

Crisis In- en Uitvoerbureau, 1931-1934 Crisis Invoer Bureau, 1934-1941 Crisis Uitvoer Bureau, 1934-1941

Samenvatting van de inhoud van het archief

Het archief bevat dossiers over de uitvoering van beperkingen van de invoer van buitenlandse producten door een vergunningenstelsel via contingentering, over de distributie van in te voeren textiel en over de regeling van de afgifte van certificaten van oorsprong.

Archiefvorming

Geschiedenis van de archiefvormer
In jaren 1931 en 1932 werden door de Nederlandse regering maatregelen genomen om de gevolgen van de dan twee jaar voortdurende crisis te beperken. Om de Nederlandse bedrijven een bepaald minimum marktaandeel te verzekeren, werden maatregelen aangenomen om de invoer te beperken. Er werd, in navolging van andere landen, besloten tot een beleid van contingentering, waarbij de in- en uitvoer van bepaalde producten werd beperkt. Voor alle daarvoor in aanmerking komende producten moesten eerst in- en uitvoervergunningen zijn verkregen. Dit kreeg gestalte door het ministerie van Economische Zaken ressorterende Crisis In- en Uitvoer Bureau, ingesteld krachtens de Crisisinvoerwet 1931, Stb. 535 de Crisisuitvoerwet Stb. 1932, nr. 87. In- en uitvoer van bepaalde producten kon zelfs volledig worden verboden als daarvoor geen garantie bestond voor financiële dekking; bijvoorbeeld in het voor inflatie gevoelige Duitsland. Het Crisis Invoer Bureau werd in 1931 speciaal ingericht om de contingenteringsmaatregelen uit te voeren en de exporteurs die een vergunning kregen de daarvoor nodige douanepapieren te verschaffen. Voor dat werk was een kleine honderdtal personen in dienst, dat zich met dit werk bezig hield.
Het contingent van daarvoor aangewezen in te voeren producten werd volgens de wet bepaald door het gemiddelde van de financiële waarde die in de twee vorige jaren was ingevoerd. Dit stelsel werd in 1933 (Stbl. 535) versoepeld doordat met verschillende landen contingenteringsovereenstemmingen of -verdragen werden gesloten of om te voorkomen dat de invoerbelemmering bij beginnende ondernemingen niet het doel bereikte dat met de maatregel werd beoogd, namelijk schepping van werkgelegenheid. Uitvoercontingenten werden bepaald door de deviezen die als dekking voor de export moesten dienen (betalingscontingenten). Het Crisis Uitvoer Bureau kreeg na de totstandkoming van de Wet Internationaal Betalingsverkeer 1934, Stb. 583 een eigen kantoor, dat op 8 november 1934 in werking trad.
Beide crisisbureaus werden geleid door een ‘leider’, waaronder verschillende afdelingen ressorteerden. Zij kenden afdelingen met iets minder dan honderd personeelsleden aan ambtenaren, vrijwel allen op arbeidsovereenkomst werkzaam. Zij werden bijgestaan door commissies, die de bureaus van advies dienden, met name wanneer vergunningen moesten worden ingetrokken. Vaak participeerden leiders in deze commissies. Zo kon de leider van het Crisis Uitvoer Bureau minister en bedrijfsleven adviseren over kwaliteitseisen met betrekking tot de verplichte certificaten van oorsprong voor uit te voeren goederen, die door de Kamers van Koophandel werden verstrekt of erkend.
In 1937 werd bij het Crisis Invoer Bureau een commissie van beroep ingesteld waarop ondernemingen of in- en uitvoercentrales een beroep konden doen tegen de door de leider getroffen beschikkingen.
Het contingenteringsbeleid kreeg in 1939 een andere context doordat als gevolg van het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog een distributiewet werd ingevoerd. Export was na de invoer van de distributiewet nagenoeg verboden zonder specifieke vergunning met voorkennis van de distributiebureau ’s. De bezetter nam dit over: de contingenten waarover van overheidswege moest worden beschikt werden gelijkgesteld aan de totale hoeveelheden ter beschikking te stellen categorieën van producten aan het binnenlandse bedrijfsleven. In 1943 werd het contingentbeheer overgedragen aan de vak- en bedrijfsgroepen die ressorteerden onder de Raad voor het Bedrijfsleven, een door de bezetter ingestelde corporatistische organisatie die werd geleid door aangewezen topfiguren van het bedrijfsleven (de zog. Woltersomse organisatie).
Ook na de bevrijding werd het contingenteringsstelsel gehandhaafd. Naast de distributie speelde nu weer de handel met het buitenland een rol. De regering moest de tegenwaarde van in- en uit te voeren schaarse goederen kunnen verzekeren voor de daarvoor beschikbare deviezen.
De taken van het Crisis Invoer Bureau en het Crisis Uitvoer Bureau werden in 1941 door de Centrale Dienst van In- en Uitvoer voortgezet. Deze dienst is in 1941 door de Secretaris-Generaal van Economische Zaken ingesteld (Stcrt, 31 juli 1941 nr 147). De leiders van het bureau kregen de leiding van de nieuwe dienst toegewezen.
Geschiedenis van het archiefbeheer
De archieven van de beide bureaus moeten zeer omvangrijk zijn geweest. In 1937 liet het Crisis Invoer Bureau onderzoek doen naar de noodzaak van een boekhoudmachine, die nodig was om de gemiddelde invoerwaarde te bepalen. Men wilde de gegevens ontlenen uit ruim honderdduizend toewijzingen van vergunningen per jaar - de buitengewone toewijzingen voor bijzondere gevallen niet meegerekend. Er werd in dat rapport niet gesproken over afwijzingen of over activiteiten als de navordering van voor de vergunningen vereiste consentgelden, wel over kaartsystemen met gegevens over de aanvragende bedrijven en de registratie die voor de boekhouding zelf noodzakelijk is. Zou archiefbestand volledig bewaard zijn gebleven, dan zou de omvang vele honderden meters bedragen.
Het Crisis Invoer Bureau had tijdens de bezetting problemen met de huisvesting en moest verhuizen van de Laan van Meerdervoort naar het Bezuidenhout, in het gebouw waar thans het Ministerie van Economische Zaken. Ook daar was een groot deel van de vooroorlogse administratie van het Crisis Invoer Bureau in 1943 nog zozeer in orde dat exporteurs die hun gegevens over hu invoer uit 1938 en 1939 kwijt waren, bij het bureau navraag konden doen. Het gebouw van het ministerie bleef tijdens het bombardement van het Bezuidenhout gespaard.
Na de opheffing van de beide bureaus werden hun archieven overgedragen aan de archiefbeheerder van het Ministerie van Economische Zaken. Het werd overgebracht naar de archiefbewaarplaats van het ministerie in Kortenbos 109 in Den Haag en daar kon het worden geselecteerd op grond van algemene vernietigingslijsten, die in 1947 door het Ministerie van Economische Zaken werden vastgesteld, en waarin beschikkingen over vergunningen voor vernietiging vatbaar werden verklaard.
In 1969 werden beide archieven, als onderdeel van het archief van het Directoraat-Generaal voor de Buitenlandse Economische Betrekkingen, naar het Algemeen Rijksarchief overgebracht en geplaatst in het hulpdepot te Schaarsbergen.
De verwerving van het archief
Het archief is krachtens bepalingen van de Archiefwet overgebracht.

Inhoud en structuur van het archief

Inhoud
Aan de hand van het archief van het Crisis Invoer Bureau kan men zich een beeld vormen van de werkzaamheden van het kantoor, met name over de organisatie en over de procedures, waarvoor instructies en leidraden bewaard zijn gebleven.
Het archief van het Crisis Uitvoer Bureau bevat slechts stukken met betrekking tot certificaten van oorsprong. De leider van dit bureau was lid van een adviescommissie ter zake en bewaarde daarvoor de stukken die hij ook tijdens zijn reguliere uitvoeringswerk verzamelde.
Selectie en vernietiging
De archieven van de bureaus zijn voor overdracht door het ministerie voor het overgrote deel op basis van toen geldende instructies vrenietigd.
Verantwoording van de bewerking
Het archief van het Crisis Invoer Bureau is nagenoeg zonder nadere indeling aangetroffen. Dit restant is ingedeeld in stukken betreffende de organisatie en de taakuitvoering, waarbij inzichtelijk werd gemaakt hoe het bureau het gevoerde beleid interpreteerde en zijn procedures toepaste. Een afzonderlijk hoofdstuk is daarbij gewijd aan de bijdrage die het bureau vanaf 1939 leverde aan de distributie van textiel.
Het archieffragment van het Crisis Uitvoer Bureau bestaat uit door de leider gevormde dossiers. Die zijn intact gelaten.

Aanwijzingen voor de gebruiker

Openbaarheidsbeperkingen
Volledig openbaar.
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van slechte materiële staat.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
  1. Creëer een account of log in.
  2. Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
  3. Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Crisis Invoer / Uitvoer Bureau, nummer toegang 2.06.128, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, Crisis Invoer / Uitvoer Bureau, 2.06.128, inv.nr. ...

Verwant materiaal

Beschikbaarheid van kopieën
Inventarisnummers van dit archief zijn niet in kopievorm beschikbaar
Verwante archieven
Archief van de Centrale Dienst voor In- en Uitvoer, 1941-1964, archiefinventaris 2.06.088