Terug naar zoekresultaten

2.13.141 Inventaris van archieven van onderdelen behorende tot het Korps Mariniers, (1940) 1945-1986

Voer een zoekterm in
VorigeVolgende

Archief

Titel

2.13.141
Inventaris van archieven van onderdelen behorende tot het Korps Mariniers, (1940) 1945-1986

Auteur

CAS 1067

Versie

26-03-2025

Copyright

Nationaal Archief, Den Haag
2007 cc0

Beschrijving van het archief

Naam archiefblok

Korps Mariniers
Korps Mariniers

Periodisering

archiefvorming: 1945-1986
oudste stuk - jongste stuk: 1940-1986

Archiefbloknummer

D46

Omvang

820 inventarisnummer(s) 11,00 meter

Taal van het archiefmateriaal

Het merendeel der stukken is in het.
Nederlands

Soort archiefmateriaal

Normale geschreven, getypte en gedrukte documenten, geen bijzondere handschriften.
Het archief bevat foto's en incidenteel kaarten en tekeningen.

Archiefdienst

Nationaal Archief

Locatie

Den Haag

Archiefvormers

Korps Mariniers

Samenvatting van de inhoud van het archief

Het archief van het Korps Mariniers bevat stukken van het Hoofdkwartier, de Van Ghentkazerne, de Van Braam Houckgeestkazerne, het Amfibisch Oefenkamp Texel, de Whiskey Infanterie Compagnie en de Eerste Amfibische Gevechtsgroep betreffende de organismen zelf (onder meer instelling, ontwikkeling, reorganisatie, personele aangelegenheden, ceremonieel, materieel), en taakuitvoering, zoals operationele opdrachten in Nederlands Nieuw-Guinea alsmede elders in vredestijd, oefeningen en beveiliging.

Archiefvorming

Geschiedenis van de archiefvormer
Geschiedenis van het Korps Mariniers
Het Korps Mariniers vormt een van de oudste loten aan de stam van de Nederlandse krijgsmacht. Het Korps is opgericht op 10 december 1665.
De moderne geschiedenis van het Korps neemt echter een aanvang in de Tweede Wereldoorlog. Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog bevonden zich eenheden in Nederland, Nederlands-Indië, de Nederlandse Antillen en Suriname. Vooral bij de verdediging van de Maasbruggen in Rotterdam hebben mariniers een imponerende rol gespeeld. Verdeeld in detachementen over de vloot, namen mariniers in december 1942 deel aan de slag in de Javazee, terwijl zij op Java als bataljon waren ingedeeld bij de 3e divisie. In pogingen de Japanners te weerstaan onderscheidden zij zich o.a. in de gevechten bij Kertosono. Teneinde te kunnen deelnemen aan de acties tegen Japan in Azië, werd in 1944 in de Verenigde Staten een mariniersbrigade, naar Amerikaans model, opgericht. In Europa maakten mariniers deel uit van de Prinses Irene Brigade, een eenheid die op 6 augustus 1944 in Normandië aan land ging en deelnam aan de bevrijding van Zuid-Nederland.
Toen in augustus 1945 Japan capituleerde, werd de in Amerika opgeleide mariniersbrigade, die bestond uit veel oorlogsvrijwilligers met een kleine beroepskern, naar Nederlands-Indië gezonden om daar het Nederlands gezag te herstellen, nadat in 1945 de republiek Indonesia eenzijdig was uitgeroepen. In 1947 en 1948 namen de mariniers deel aan politionele acties, teneinde de rust en orde te herstellen. Na de overdracht van de soevereiniteit aan de republiek Indonesia vertrokken de laatste mariniers in 1950 naar Nederland. Van 1951 tot 1962 werden eenheden van het Korps Mariniers ingezet bij de verdediging van Nederlands Nieuw-Guinea. Tijdens de confrontatiepolitiek van Indonesië voerden zij acties uit tegen infiltranten en vooral in de kritieke periode 1960 - 1962 namen marinierseenheden veelvuldig deel aan acties tegen Indonesische parachutisten in de bijzonder ontoegankelijke jungle.
In 1962 deed Nederland afstand van zijn laatste gebied in Azië en werden de Nederlandse strijdkrachten teruggetrokken. In 1969 ontstonden er op Curaçao onlusten. Om deze onlusten te stoppen werden eenheden Nederlandse mariniers overgevlogen en ingezet. Tijdens de zeventiger jaren werd de Bijzondere Bijstand Eenheid van het Korps Mariniers (BBEMARNS) ingezet tijdens verschillende gijzelingsacties in Nederland. Voorbeelden hiervan zijn: Scheveningen (1974), Wijster/Amsterdam (1975), De Punt/Bovensmilde (1977) en Assen (1978).
Taken van het Korps Mariniers
De taken van het Korps zijn:
  • het leveren van amfibisch getrainde gevechtseenheden als onderdeel van een maritieme strijdmacht ten behoeve van crisisbeheersing in NAVO-verband, alsmede in nationaal verband ten behoeve van de belangen van het Koninkrijk en/of ter handhaving van de integriteit van zijn grondgebied. De NAVO-taak werd toegevoegd aan het takenpakket in het begin van de jaren zeventig.
  • het leveren van getrainde gevechtseenheden die kunnen worden ingezet voor het verlenen van militaire bijstand.
  • het leveren van operationele eenheden voor het bewaken en beveiligen van marine bases en inrichtingen in Nederland en op de Nederlandse Antillen.
  • het leveren van operationele eenheden voor amfibische, infanteristische en militaire bijstandstaken ten behoeve van de Verenigde Naties.
  • het leveren van marinierspersoneel voor Harer Majesteits schepen en inrichtingen der zeemacht, voor de instructie in de militaire, infanteristische en fysieke vaardigheden en voor het uitvoeren van transporttaken ten behoeve van de Koninklijke Marine.
Organisatie
Het Korps Mariniers is een zelfstandig marineonderdeel met aan het hoofd een generaal-majoor. Deze staat rechtstreeks onder het bevel van de Bevelhebber der Zeestrijdkrachten.
Het korps bestaat uit:
  • Eerste Amfibische Gevechtsgroep (1AGGP), gelegerd in de Van Braam Houckgeestkazerne te Doorn. Bestaat uit:
    1. 1 staf- en verzorgingscompagnie
    2. 1 ondersteuningscompagnie
    3. 3 infanteriecompagnieën
  • Whiskey Infanterie Compagnie (W-INFCIE), ook bekend als de Koudweercompagnie. Is eveneens gelegerd in de Van Braam Houckgeestkazerne te Doorn. De eenheid is in zijn geheel paragetraind.
  • Tweede Amfibische Gevechtsgroep (2AGGP). De staf is gevestigd in de Van Braam Houckgeestkazerne. De eenheden zijn verspreid gelegerd over de Nederlandse Antillen en Nederland (o.a. de marinevliegkampen Valkenburg en De Kooy). In vredestijd zorgt deze gevechtsgroep voor bewaking en beveiliging van marinebases en inrichtingen, alsmede voor de territoriale en maritieme verdediging van de Antillen. Indien nodig kunnen de mariniers van 2AGGP worden geconcentreerd en ter beschikking gesteld van de NAVO voor operaties, al of niet geïntegreerd in de UK/NL Landing Force, op de NAVO-flanken of op eilanden in de Atlantische Oceaan.
  • Derde Amfibische Gevechtsgroep (3AGGP). Dit is een mobilisabele eenheid die dient ter aflossing van eenheden van 2AGGP in de Nederlandse Antillen, wanneer 2AGGP in zijn geheel in Nederland wordt geconcentreerd. Het personeel is alleen infanteristisch en amfibisch geoefend. De eenheid beschikt niet over een staf en verzorgingselement.
  • Amfibische sectie. Deze is gelegerd aan boord van Hr. Ms. Thetis en bestaat uit kikvorsmannen. De sectie omvat een sectiestaf en drie amfibische groepen:
    1. Groep 1: (7 NL Special Boat Section). Taak: het uitvoeren van strandverkenningen en verkenningen in het achterland bij amfibische operaties.
    2. Groep 2. Taak: assisteert de Bijzondere Bijstand Eenheid bij terroristische acties op het Nederlandse Continentale Plat. Er wordt regelmatig geoefend bij de Joost Dourleinkazerne op Texel en op de Noordzee.
    3. Groep 3. Taak: opleiden van kikvorsmannen en het oefenen van scheepsbemanningen en anti-kikvorsmanacties.
  • Compagnies Bootgroep. Gelegerd bij de Joost Dourleinkazerne op Texel. Taak: het verzorgen van de verplaatsing van de gevechtseenheden bij de schip-strand-beweging, dan wel het verzorgen van logistieke en personele transportsteun onder meer in de Noorse fjorden. De bootgroep kan als onderdeel van 539 Assault Squadron binnen UK/NL Amphibious Force optreden.
  • Bijzondere Bijstand Eenheid/Marine Patrouille (BBE/MP). Gestationeerd in de Van Braam Houckgeestkazerne. Tevens belast met de Marine Patrouille-taken voor de gehele Koninklijke Marine. De staf, het alarmpeloton en de opleiding zijn gelegerd in Doorn. Het tweede peloton is gelegerd in Den Helder.
  • Marinierskapel met Tamboers en Pijpers. In tegenstelling tot de muzikanten van de kapel krijgen de Tamboers en Pijpers een volledige mariniersopleiding en zijn ook ingedeeld bij de operationele eenheden.
Het Korps Mariniers in internationaal verband
Eenheden van het Korps Mariniers maken onderdeel uit van de United Kingdom/Netherlands (UK/NL) Landing Force. Het aandeel van het Korps Mariniers aan deze brigade bestaat uit de Eerste Amfibische Gevechtsgroep, de Whiskey-infanterie Compagnie, de Amfibische Sectie en de Compagnies Bootgroep. De Tweede Amfibische Gevechtsgroep dient ook in deze brigade te kunnen opereren, echter alleen onder gematigde klimatologische omstandigheden.
Ook heeft het Korps Mariniers een aandeel in de verdediging van Nederlandse Antillen en Aruba. Ingevolge het Statuut voor het Koninkrijk is de handhaving van de onafhankelijkheid en de verdediging van de Nederlandse Antillen een Koninkrijksaangelegenheid. De bijdrage van het Korps Mariniers hieraan bestaat uit de kern van 2AGGP. Eén infanteriecompagnie hiervan is op Aruba (marinierskazerne Savaneta) en één infanteriecompagnie en een verkenningspeloton op Curaçao (Marinebasis Parera) gestationeerd.
Sinds 1963 heeft het Korps Mariniers eveneens een taak in het kader van de Verenigde Naties. In voorkomend geval kunnen eenheden van het Korps Mariniers worden uitgezonden.
Geschiedenis van het archiefbeheer
Alle onderdelen van het Korps Mariniers vormden in eigen beheer hun archief (gedeconcentreerd). De gevormde archieven werden na verloop van tijd overgebracht naar het semi-statisch archief van de Marinestaf gevestigd in Den Haag. Van daaruit zijn de archieven weer overgebracht naar het Centraal Archieven Depot (CAD) te Rijswijk.
De verwerving van het archief
Overbrenging van een overheidsarchief

Inhoud en structuur van het archief

Selectie en vernietiging
In het archief zijn verklaringen van vernietiging aangetroffen betreffende bepaalde categorieën stukken van een bepaald jaar. Er is dus eerder vernietigd.
Van de binnen het archief aangetroffen archiefblokken (zie: Verantwoording van de bewerking) is het archiefblok van het hoofdkwartier op dossierniveau geselecteerd. De overige archiefblokken zijn volgens het verbaalstelsel gevormd en zijn derhalve op stuksniveau geselecteerd.
Binnen het archiefblok van de staf was sprake van een serie vergaderstukken van de Admiraliteitsraad. Dit betreft echter lidmaatschapsarchief. Het secretariaat berust niet bij de staf van het Korps Mariniers. Deze stukken zijn derhalve voor vernietiging voorgedragen.
Voor bewaring is in totaal 9 m1 archiefbescheiden geselecteerd. Deze zijn overgebracht naar het Nationaal Archief.
Daarnaast zijn 3,5 m1 archiefbescheiden betreffende individuele personeelsleden geselecteerd, welke na het verstrijken van de daarvoor gestelde termijnen dienen te worden vernietigd. Deze stukken zijn naar het Bureau Registratie en Informatie Ontslagen Personeel (BRIOP) van het Ministerie van Defensie gezonden.
Daarnaast is er nog een hoeveelheid van 0,125 m1 archiefbescheiden geselecteerd die na het verstrijken van de daarvoor vastgestelde termijnen dienen te worden vernietigd. Deze bescheiden worden tot het moment van vernietiging door het Centraal Archievendepot van het Ministerie van Defensie beheerd.
In totaal zijn 17,575 m1 archiefbescheiden voor directe vernietiging geselecteerd. Het ongerubriceerde deel van deze bescheiden is, na daartoe verkregen machtiging van het Ministerie van Defensie, door de Centrale Archief Selectiedienst aangeboden aan Van Gansewinkel Nederland BV, om conform het rijksoverheidscontract te worden vernietigd. Het Ministerie van Defensie heeft zelf zorgdragen voor vernietiging van het overige, gerubriceerde, deel van de te vernietigen archiefbescheiden.
De selectie voor vernietiging is uitgevoerd op basis van de volgende selectielijsten:
  • Selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de Minister van Defensie en de onder hem ressorterende actoren op beleidsterrein Militair Materieel over de periode vanaf 1945, Stcrt. 2007-79/pag. 11
  • Selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de minister van Defensie en de onder hem ressorterende actoren op het beleidsterrein Militair Personeel vanaf 1945, Stcrt. 2006-46/pag. 8
  • Selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de minister van Defensie en de onder hem ressorterende actoren op het beleidsterrein Militaire Operatiën voor de periode vanaf 1945, Stcrt. 2005-113/pag. 14, rekening houdend met de rectificatie gepubliceerd in Stcrt. 2005-126/pag. 20
  • Selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de minister van Defensie en de onder hem ressorterende actoren op het beleidsterrein Overheidsinformatievoorziening over de periode 1945 - 1999, Stcrt. 2003-202/pag. 11
  • Selectielijst voor de neerslag van de handelingen van de minister van Defensie en de onder hem ressorterende actoren op het beleidsterrein Organisatie van de Rijksoverheid over de periode 1945 - 1999, Stcrt. 2005-245/pag. 25
Op basis van artikel 5e van het Archiefbesluit 1995 zijn stukken met betrekking tot de inzet van eenheden van het Korps Mariniers in Nederlands Nieuw-Guinea en tijdens de gijzelingsacties in de jaren zeventig van vernietiging uitgezonderd.
Verantwoording van de bewerking
Algemeen
Een eerdere inventarisatie heeft niet plaatsgevonden.
Omdat niet alle deelarchieven van het bewerkte archief de gehele cesuur bestreken is onderzocht of er nog bescheiden elders berusten. Het resultaat van dit onderzoek was echter negatief.
Er bevonden zich geen gedeponeerde archieven in het bewerkte archief. Ook zijn er geen stukken van zelfstandige commissies of van andere archiefvormers in het archief aangetroffen.
De bewerking
De volgende archiefblokken zijn aangetroffen:
  1. Het archief van het Hoofdkwartier van het Korps Mariniers.
    • Periode: 1945 - 1984.
    • Omvang: 10,3 meter; 82 dozen; doosnummers U 1 t/m U 82
    • Bijzonderheden: Gevormd aan de hand van een dossierstelsel.
    • Geen toegang aanwezig. Veel beleidsstukken.
  2. Het archief van de Van Ghentkazerne te Rotterdam.
    • Periode: 1948 - 1986.
    • Omvang: 8,88 meter; 71 dozen; doosnummers V 1 t/m V 71
    • Bijzonderheden: Gevormd aan de hand van een verbaalstelsel.
    • Fichesystemen en moederbladen over de periode 1963 - 1972 aanwezig.
    • Brievenboeken over de jaren 1967/1972/1973 en 1975 aanwezig.
    • Voor het overige deel geen toegang aanwezig.
  3. Het archief van de Van Braam Houckgeestkazerne te Doorn.
    • Periode: 1949 - 1983.
    • Omvang: 4,63 meter; 37 dozen; doosnummers W 1 t/m W37
    • Bijzonderheden: Gevormd aan de hand van een verbaalstelsel.
    • Moederbladen over de jaren 1970 - 1975 aanwezig.
    • Voor het overige deel geen toegang aanwezig.
  4. Het archief van het Amfibisch Oefenkamp op Texel.
    • Periode: 1965 - 1979.
    • Omvang: 2,63 meter; 21 dozen; doosnummers X 1 t/m X 21
    • Bijzonderheden: Gevormd aan de hand van een verbaalstelsel.
    • Geen toegang aanwezig.
  5. Het archief van de Whiskey Infanterie Compagnie.
    • Periode: 1974 - 1980.
    • Omvang: 0,75 meter; 6 dozen; doosnummers Y 1 t/m Y 6
    • Bijzonderheden: Gevormd aan de hand van een verbaalstelsel.
    • Geen toegang aanwezig.
  6. Het archief van de Amphibische Gevechtsgroep nr.1.
    • Periode: 1974 - 1983.
    • Omvang: 3 meter; 24 dozen; doosnummers Z 1 t/m Z 24
    • Bijzonderheden: Gevormd aan de hand van een verbaalstelsel.
    • Geen toegang aanwezig.
Totale omvang van de archieven: 30,2 meter
Op basis van vooronderzoek en gemaakte afspraken tussen zorgdrager, Nationaal Archief en de Centrale Archief Selectiedienst is besloten het archief op een klassieke wijze toegankelijk te maken.
Binnen de Marine was het Verbindend Voorschrift Koninklijke Marine (VVKM) bepalend voor de wijze waarop de archieven werden gevormd. De aanwezige oude toegangen bestreken maar een zeer klein deel van het archief. Daardoor hebben deze toegangen geen rol kunnen spelen bij de bewerking.
Het aanwezige fichesysteem maakte wel duidelijk dat de ordening van het archief was gebaseerd op het registratuurplan van de commandant der zeemacht.
De oorspronkelijke ordening is tijdens de bewerking van het archief losgelaten omdat bleek dat het registratuurplan voor een hoger niveau opgesteld was dan waarop de onderdelen van het Korps Mariniers functioneerden. Indien het registratuurplan was gehandhaafd was er na de bewerking een veel te geringe onderverdeling in rubrieken ontstaan.
Er is derhalve een nieuw rubriekenschema gevormd op basis van de aangetroffen stukken. De nummering van het rubriekenstelsel, gehanteerd bij het archiefblok van de staf, is gehandhaafd bij de rubrieken die zijn gebruikt voor de archiefblokken van de andere onderdelen in deze inventaris. Omdat niet alle rubrieken in de overige archiefblokken zijn gebruikt, kan dit leiden tot hiaten in de nummering van de rubrieken.
Bij de stukken met betrekking tot Nederlands Nieuw-Guinea is er voor gekozen deze stukken te plaatsen op onderwerp en ze niet onder een rubriek Nederlands Nieuw-Guinea te verzamelen. Ook de stukken met betrekking tot de Nederlandse Antillen zijn niet bijeengebracht maar op basis van onderwerp bij de betreffende rubrieken geplaatst. Wel is bij de rubriek 1.2.2.2 Operationele opdrachten ten tijde van de verdediging van Nederlands Nieuw-Guinea in de n.b. een verwijzing opgenomen naar alle elders in de inventaris voorkomende stukken gerelateerd aan Nederlands Nieuw-Guinea.
De begin- en eindcesuren zijn vastgesteld op 1945 respectievelijk 1986. De begincesuur komt voort uit de wederopbouw van de Nederlandse krijgsmacht na de Tweede Wereldoorlog. De eindcesuur is vastgesteld op 1986 vanwege het feit dat overdrachten van het Korps Mariniers naar het Centraal Archievendepot periodiek is gebeurd en er per 1986 een dergelijk overdrachtsmoment is geweest.
In de beschrijvingen van de oefeningen zijn de data en de plaats opgenomen indien deze in de stukken staan vermeld.
Daar waar de betekenis van afkortingen uit de stukken is te herleiden is deze betekenis opgenomen in de beschrijving of zijn de afkortingen verklaard in een als bijlage opgenomen tabel. In enkele gevallen is het niet mogelijk gebleken om de betekenis van een afkorting uit de stukken of op enig andere wijze te achterhalen. In deze gevallen is enkel de afkorting in de beschrijving vermeld en wordt de afkorting niet aangetroffen in de tabel.
De materiële verzorging van het archief is geschied volgens de vigerende regelgeving.
De materiële toestand van het archief:
  • Het archief bevat een drietal panoramafoto's bestaande uit elk vier afzonderlijke foto's van het formaat 76 x 66 die in een zeer slechte conditie zijn overgeleverd. Deze foto's zijn gerestaureerd door een fotorestauratieatelier. Na restauratie zijn de foto's wegens bewaarcondities gevlakt aangeleverd en zijn ze in een afwijkende doosformaat weer opgenomen in het archief (inv. nr. 1042). Buiten deze foto's is er geen schade in het archief geconstateerd.
  • Kaarten en tekeningen komen incidenteel voor. Deze zijn zoals ze zijn aangetroffen in gevouwen vorm bij de overige stukken gelaten. Wel is er bij de betreffende beschrijvingen aangegeven dat er kaarten of tekeningen zijn aangetroffen, tevens is daarbij de hoeveelheid vermeld.
  • Foto's zijn met maximaal twee met de niet-beeldzijde tegen elkaar in fourflaps verpakt. De aanwezigheid van foto's is niet apart vermeld.

Aanwijzingen voor de gebruiker

Openbaarheidsbeperkingen
Deels openbaar, deels beperkt openbaar (B), deels niet openbaar.
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van kwetsbare of slechte materiële staat.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
  1. Creëer een account of log in.
  2. Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
  3. Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Korps Mariniers, nummer toegang 2.13.141, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, Korps Mariniers, 2.13.141, inv.nr. ...

Verwant materiaal

Beschikbaarheid van kopieën
Inventarisnummers van dit archief zijn niet in kopievorm beschikbaar
Verwante archieven
Het archief van het Korps Mariniers staat in relatie tot de volgende archieven:
  • Chef Marinestaf (tevens Bevelhebber der Zeestrijdkrachten)
  • Commandant der Zeemacht Nederland
  • Commandant der Zeemacht in het Caribische gebied
  • Mariniersbrigade in de Verenigde Staten / Nederlands-Indië
Publicaties
Geraadpleegde literatuur Teitler, G. en C. Homan, red., Het Korps Mariniers, 1942-heden. - Amsterdam/Dieren 1985 Weger, M. de, De binnenlands veiligheidstaken van de Nederlandse krijgsmacht. - Assen 2006 Diverse jaargangen van de Staatsalmanak . Nationaal Archief Beeldbank , http://beeldbank.nationaalarchief.nl (datum 16 mei 2007).

Bijlagen

Lijst van afkortingen
ABC
Atomaire, Bacteriologische en Chemische
AGGP
Amfibische Gevechtsgroep
BBE
Bijzondere Bijstand Eenheid
BBE/MP
Bijzondere Bijstand Eenheid / Marine Patrouilles
CIOS
Centraal Instituut Opleiding Sportleiders
GSG-9
Grenzschutsgruppe 9
HKKM
Hoofdkwartier Korps Mariniers
KOVBA
Korps Order van Blijvende Aard
LCA
Landing Craft Assault
MARNSOPORD
Mariniers Operatieve Orders
MEDOPS
Mededelingen over operaties
NATO
North Atlantic Treaty Organization
NAVO
Noord-Atlantische Verdragsorganisatie
NBC
Nucleair, Bacteriologisch Chemisch
OS&O
Ontwikkeling, Sport en Ontspanning
QPO
Qua Patet Orbis
RITA
Richtlijn van tactische aard
VGVK
Verzameling van Gemeenschappelijke Verordeningen van de Krijgsmacht
VOV
Voorschrift oorlogsvoorbereiding
VSQ
Vliegtuigsquadron
VVKM
Voorlopig voorschrift Koninklijke Marine

Archiefbestanddelen