Terug naar zoekresultaten

2.21.205.26 Inventaris van het archief van M.B. van der Jagt [levensjaren 1873-1960], 1897-1957

Voer een zoekterm in
VorigeVolgende

Archief

Titel

2.21.205.26
Inventaris van het archief van M.B. van der Jagt [levensjaren 1873-1960], 1897-1957

Auteur

A.M. Tempelaars

Copyright

Nationaal Archief, Den Haag
1985 cc0

Beschrijving van het archief

Naam archiefblok

Collectie 421 M.B. van der Jagt
Jagt, van der

Periodisering

oudste stuk - jongste stuk: 1897-1957

Archiefbloknummer

C22143

Omvang

; 65 inventarisnummer(s) 1,10 meter

Taal van het archiefmateriaal

Het merendeel der stukken is in het
Nederlands

Soort archiefmateriaal

Normale, geschreven, getypte en gedrukte teksten, geen bijzondere handschriften.

Archiefdienst

Nationaal Archief

Locatie

Den Haag

Archiefvormers

Max Buttner van der Jagt (1873-1960)

Samenvatting van de inhoud van het archief

Max Buttner van der Jagt (1873-1960) maakte carrière als bestuursambtenaar in Nederlandsch-Indië. Hij was een fervent tegenstander van de 'ethische richting' in de koloniale politiek en kon zich als begenadigd en gewaardeerd spreker ontwikkelen als pleitbezorger voor behoudende groeperingen. Hij was lid van de in 1929 opgerichte Vaderlandsche Club, de meest conservatieve van de Nederlandse groeperingen in de Indische politiek. Het archief bevat dagboeken en memoires, briefwisselingen, teksten van redevoeringen en veel stukken betreffende zijn voorzitterschap van de Vereeniging Indië-Nederland.

Archiefvorming

Geschiedenis van de archiefvormer
Max Buttner van der Jagt werd op 22 september 1873 in Boston (USA) geboren als zoon van Jan Albertus Manus van der Jagt en Josephine Helene Heaton Rudolph. Hij heeft slechts korte tijd in de Verenigde Staten gewoond en groeide op in Soerabaja, waar hij het diploma behaalde aan de plaatselijke H.B.S. Zijn vader was in Nederlands-Indië werkzaam als administrateur aan de suikerfabriek Djati in de residentie Kediri.
Van der Jagt begon zijn loopbaan bij het Binnenlands Bestuur na het behalen van het Indisch Groot-Ambtenaarsexamen in 1896. In de periode 1912-1914 volgde hij, na hiervoor geselekteerd te zijn, nog de opleiding aan de Bestuursacademie in Den Haag, waardoor hij kon doorstromen naar de hogere rangen bij de bestuursdienst.
Na een aanvankelijke plaatsing bij de Landrentedienst in Bandoeng zag zijn loopbaan er als volgt uit:
1900 aspirant-controleur in de residentie Banjoemas.
1902 controleur in de residentie Kediri.
1907 controleur in de residentie Pekalongan, afdeling Brebes.
1910 gewestelijk secretaris in de Preanger Regentschappen in Bandoeng.
1915 controleur in de residentie Semarang.
1916 assistent-resident in de afdeling Keboemen, residentie Kedoe.
1920 assistent-resident in de afdeling Modjokerto, residentie Soerabaja.
1922 resident van het gewest Kedoe.
1927 resident van de residentie Soerakarta.
1928 gouverneur van het gouvernement Soerakarta.
1929 op non-aktiviteit, waarna zijn pensionering in 1930 inging.
In 1917 werd Van der Jagt gekozen als lid van de vanaf 1918 funktionerende Volksraad, die enige keren per jaar bijeenkwam en slechts ten dele de bevoegdheden had van een volwaardig parlement.
Van der Jagt behoorde tot de gekozen leden -naast de door de gouverneur-generaal benoemde leden- en genoot het vertrouwen van bestuurs- en planterskringen. Hij heeft deze funktie tot 1924 vervuld.
Gedurende zijn leven heeft Van der Jagt zich zeer aktief ingezet voor de 'Vereeniging van Ambtenaren bij het Binnenlandsch Bestuur in Nederlandsch-Indië' en publiceerde regelmatig in hun periodiek het Koloniaal Tijdschrift. Van 1917 tot 1920 was hij de vertegenwoordiger in Indië van de in Den Haag gevestigde vereniging. In 1920 werd Van der Jagt benoemd tot erelid van de vereniging.
Van der Jagt was een fervent tegenstander van de 'ethische richting' in de koloniale politiek en kon zich als begenadigd en gewaardeerd spreker ontwikkelen als pleitbezorger voor behoudende groeperingen. Zijn lidmaatschap van de in 1929 opgerichte Vaderlandsche Club, de meest conservatieve van de Nederlandse groeperingen in de Indische politiek, zette hij na zijn pensionering voort in 1932 als voorzitter van het vertegenwoordigend comité in Nederland. Men kwam tot een samenwerking met het in 1932 opgerichte Verbond voor Nationaal Herstel, dat in 1933 bij de Kamerverkiezingen één zetel verwierf.
In 1931 was Van der Jagt een van de oprichters van de 'Vereeniging Indië-Nederland' (V.I.N.), een vrij elitaire non-politieke vereniging. Hij fungeerde tot de opheffing als voorzitter van de vereniging. Men stelde zich tot doel 'de harmonische ontwikkeling van Nederlandsch Oost- en West-Indië op cultureel, economisch, sociaal en staatkundig gebied te helpen bevorderen binnen het verband der Rijkseenheid en onder Nederlandsche leiding'. De V.I.N. vormde een pressiegroep van conservatieve signatuur, die aansluiting vond bij het behoudende 'Utrechtse' circuit rondom Gerretson en Meyer Ranneft. Na de tweede wereldoorlog nam men scherp stelling tegen het gevoerde regeringsbeleid en het bestuur onder Van Mook in Indonesië. Men zag na de overdracht van de souvereiniteit aan Indonesië al spoedig geen heil meer in de voortzetting van de vereniging en in 1953 werd de V.I.N. opgeheven.
Van der Jagt publiceerde in 1955 zijn memoires bij uitgeverij Leopold. Hij had hieraan in de oorlogsdagen gewerkt op basis van zijn dagboekaantekeningen. Van der Jagt overleed op 11 januari 1960 in Den Haag.
Publicaties
Memoires van M.B. van der Jagt, oud-gouverneur van Soerakarta. Den Haag, 1955 Diverse artikelen in het Koloniaal Tijdschrift, periodiek van de Vereeniging van Ambtenaren bij het Binnenlandsch Bestuur in Nederlandsch-Indië.
Geschiedenis van het archiefbeheer
Het archief van M.B. van der Jagt werd in 1984 overgedragen door het Koninklijk Instituut voor de Tropen in Amsterdam aan de Tweede Afdeling van het Algemeen Rijksarchief dankzij de welwillende medewerking van drs A. van der Wal, bibliothecaris van genoemd instituut. Testamentair had Van der Jagt in 1956 zijn archieven nagelaten aan dit instituut.
Inbewaringgeving van een particulier archief, niet in eigendom verkregen

Inhoud en structuur van het archief

Inhoud
De kern van het archief wordt gevormd door de serie dagboeken, die Van der Jagt over een periode van bijna 50 jaar heeft bijgehouden.
Passages van persoonlijke aard heeft hij met de schaar uit de dagboeken verwijderd. Overigens bevat het archief vrij weinig materiaal over zijn bestuursperiode in Nederlands-Indië, wat vermoedelijk ook te wijten is aan het bombardement van zijn huis in Den Haag in 1945.
De omvang van het archief bedraagt 1,2 meter.
Ordening van het archief
Het archief, dat in ongeordende staat werd overgenomen, werd geordend aan de hand van de funkties, die Van der Jagt heeft bekleed.

Aanwijzingen voor de gebruiker

Openbaarheidsbeperkingen
Volledig openbaar.
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van slechte materiële staat.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
  1. Creëer een account of log in.
  2. Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
  3. Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Collectie 421 M.B. van der Jagt, nummer toegang 2.21.205.26, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, Jagt, van der, 2.21.205.26, inv.nr. ...

Verwant materiaal

Beschikbaarheid van kopieën
Inventarisnummers van dit archief zijn niet in kopievorm beschikbaar
Verwante archieven
In de toekomst zal nog bezien moeten worden wat de samenhang is van dit archief met het archief van de Vereeniging Indië-Nederland, dat nog berust bij het Koninklijk Instituut voor de Tropen. Van der Jagt heeft het laatstgenoemde archief eveneens aan het instituut overgedragen. Te verwachten is, gezien zijn lange voorzitterschap, dat beide archieven met elkaar verweven zijn.