2.19.066 Inventaris van het archief van de Nederlandse Organisatie voor Internationale Ontwikkelingssamenwerking (NOVIB): Afdeling Organisatie Projecten, 1956-1990

De dozen zijn verdeeld in 8 groepen, te weten 2 hoofdgroepen, die ieder weer verdeeld zijn in 4 groepen:

De dozen met stukken betreffende goedgekeurde projecten hebben de nummers en landencodering in een groene kleur.

De dozen met de afgewezen projectdossiers zijn rood beschreven.

De lijst van de afgewezen projecten geeft soms méér dan één doosnummer aan voor de plaats waar een projectdossier van een bepaald land gevonden kan worden. In het projectnummer-overzicht is zelfs géén doosnummer vermeld. Aangezien de aanvankelijke ordening enigszins veranderd moest worden ten behoeve van de overdracht, vereiste het veel extra werk om een volledige precisie te bereiken. De terugzoekfrequentie zal erg laag zijn en aangezien het belang van de goedgekeurde projectdossiers veel groter is, hebben wij ons slechts beperkt tot het bereiken van die precisie bij de goedgekeurde projecten.

Tot en met 1980: Doorlopende nummering waaraan een P (= project) werd toegevoegd, b.v. P 2002.

Bij afwijzing van de projectaanvraag werd de P achter het volgnummer gezet: 2002 P.

Bij goedkeuring werd een letter + het jaar van goedkeuring toegevoegd aan het nummer.

De letter was een M (= financiering uit het Medefinancieringsbudget) of een G (= financiering uit eigen middelen, = Gast aan Tafel), b.v.: 2002/PG/76.

Kwam de financiering uit EEG-middelen, dan werd de code EG toegevoegd, b.v.: 2002/P.EG/76.

Als bij het in behandeling nemen van de projectaanvragen al duidelijk was uit welk budget het project eventueel gefinancierd zou worden, werd er soms al meteen een G of M toegevoegd, b.v.: PM 2002; dit heeft tot gevolg dat bij de afgewezen projecten regelmatig de G of de M in de codering voorkomt.

Vanaf 1981: projectnummering vindt als volgt plaats: er wordt een uniform (intern) gehanteerde code voor het land waarvoor de projectaanvraag bestemd is gebruikt, gevolgd door het jaar van binnenkomst èn een volgnummer van binnenkomst van projectaanvragen voor dàt land in dàt jaar; b.v. Bra 81-12.

Na goedkeuring wordt dezelfde codering toegevoegd als vóór 1981: b.v. Bra 81-12/G-82.

Een enkele keer komt bij de afgewezen projecten een projectnummer voor, dat behoort bij een goedgekeurd project. Dit betekent dat het project na goedkeuring om één of andere reden toch niet uitgevoerd is.

Vanaf 1978 zijn lijsten bijgehouden van de goedgekeurde projecten. Deze projecten zijn ook, zonder nummeraanduiding, in de jaarverslagen beschreven (lijstnummers 157 en 158). Het archief is pas geheel toegankelijk als alle dossiers van een nadere lijst zijn voorzien.

Den Haag, 1985